Vrijwillig afgehaakt

Lang, héél lang geleden ben ik geheel vrijwillig afgehaakt bij het Eurovisie songfestival. Ik had het wel een beetje gehad met die jaarlijkse zangwedstrijd. Een mens begint vanaf zijn 34e wel wat anders aan zijn hoofd te krijgen.
Vraag me wie er de afgelopen zevenentwintig jaar met de zanggladiolen aan de haal is gegaan en ik zal het antwoord schuldig moeten blijven. Ik heb werkelijk geen flauw idee.
Hoewel ik voor zingen op de lagere school zelf nooit meer scoorde dan een 4 – en dan moest ik al behoorlijk mijn dag hebben – was ik tot 1990 in alle bescheidenheid best een kenner des songfestivals.
Corry Brokken en Teddy Scholten, de eerste Nederlandse winnaressen, had ik bij gebrek aan een tv in ons ouderlijk huis nog gemist maar met Sandie Shaw begon de pret. Als dertienjarige raakte ik bijna in trance van die op blote voeten zingende mevrouw.
In 1969 zaten we met vier winnaressen opgescheept. Potverdorie, niet de minsten ook zeg. Salomé (geen idee meer hoe het mens eruit zag of wat ze zong), Lulu, Frida Boccara en onze bloedeigen Eindhovense Lenny Kuhr. De tekst van de troubadour ken ik nu nog steeds uit mijn hoofd. Tenminste de kern: Lai la la lai la la ai la la lai la la la la lai la la ai la la lai la la la la lai la la ai la la lai la la la la lai la la ai la la lai la la la la lai la la ai la de troubadourrrrrrrrrr.

Daarna kregen we – ik meen een keer of tien – Johnny Logan. Tussendoor hadden we nog Dana, Vicky Leandros (zwijmel), Anne-Marie David (zwijmel), ABBA (2 van de 4 zwijmel), Teach-Inn (hoera, weer een Nederlandse winnaar), Brotherhood of Man, Bucks Fizz, Nicole, Sandra Kim en Céline Dion.
Vanaf Céline is het totaal songfestivalzwart voor me. Ik heb nooit meer echt gekeken. Alleen af en toe met een schuin oog omdat mijn vrouw altijd fan van het spektakel is gebleven. Je kunt je niet helemaal van de wereld afsluiten helaas. Zo heb ik dus toch wel wat Orks, travestieten, oude Russische dames, een vrouw met een baard en ander extravagante types ongewild voorbij zien trekken.

Om relaxed op de bank een bordje yoghurt met frambozen te kunnen consumeren, zette ik vanavond de tv even aan. Geheel onvoorbereid viel ik midden in een nieuwe aflevering van het Europese zangwedstrijdje. Een Portugees stapte het podium op. “Nou vooruit, één nummertje moet kunnen”, vond ik. Ik hield me aan dat voornemen toen de laatste framboos langs mijn huig was geglipt. De tv ging zonder pardon weer uit. Hoewel ik de rest niet zal zien en horen, voorspel ik nu al dat die Portugees gaat winnen. Ik heb het tot 1990 altijd bij het rechte eind gehad. Ik kan wel stellen dat ik er ongelofelijk veel verstand van heb.
“Portugal, douze points” zal in het weekend héél vaak te horen zijn. Ik mag hier op afgerekend worden.

Met de stille trom

Met de stille trom

De tijd gaat snel

De tijd gaat snel

Steenkoud

Steenkoud

Vrijwillig afgehaakt

Rubriek : Thuishaven

Onderwerp : Overpeinzingen