Niemand die me ’s avonds ziet spelen in mijn nieuwe schaaktrui. Ik schaak op mijn computer tegen spelers uit heel de wereld en heb dan de gordijnen dicht. Dat is maar goed ook, want veel mensen zouden me op laten sluiten als ze me door het raam zagen zitten in die trui. De schaaktrui helpt me om mijn tegenstanders op de knieën te krijgen. Onzichtbaar achter mijn scherm waan ik me wereldkampioen. ‘I got the moves’ staat er op die trui. Ik ben echt zo gek als een deur aan het worden. Ik kocht de schaaktrui nadat ik enkele keren op rij flink op mijn snufferd was gegaan. Na die nederlagen sliep ik niet meer. Daar moest ik iets op zien te vinden. Het werd de schaaktrui.
Een vriendin wilde online wel tegen me spelen. Ze wist niets van mijn schaaktrui af. Het was zeer onsportief van me om dat niet even te melden. Ze speelde geweldig, maar ik was in die trui met lange mouwen onoverwinnelijk. Eerst versloeg ik haar met wit en daarna met zwart. Overwinningen met een vies nasmaakje. Zij heeft geen schaaktrui met ‘I got the moves’ erop. Nu kan ik haar niet meer onder ogen komen, ook al is dat in deze tijd alleen maar figuurlijk. Voor een derde partij durf ik haar niet meer uit te dagen. Ik heb mezelf schaakmat gezet. ‘I got the moves’, maar ik struikelde over mijn eigen voeten.
Ik denk dat ik maar weer met dat schaken ga stoppen. Een buitenbeentje was ik al, maar op deze manier wordt het er zachtjesaan erger op. Ik heb meer truien met tekst op de voorkant kan ik nu wel beschaamd erkennen. Als ik lees, draag ik die met ‘So many books, so little time’. Als ik me gestrest voel, is het de trui met ‘Keep calm, read books’ en als ik mijn stukjes schrijf zit de grijze met ‘Waargebeurd verzonnen’ om mijn ranke lijf. Ik ga nog één laatste trui bestellen. Weg met die onzinnige spreuken. Ik moet wat nuttigs met mijn leven gaan doen. Ik denk dat het een kleurige zwarte trui gaat worden met daarop in hele grote letters: ‘Geen woorden, maar daden’.