Het padje zat op het padje. Of op het paadje. Al wandelend had ik even geen taalkundige voorkeur. Dat een zandweggetje twee verkleinwoorden heeft en deze kikvorsachtige één, bleek toch behoorlijk verwarrend.
Het padje kreeg op het paadje gezelschap van een ander padje. Na enkele tellen zag ik het padje naast het padje op het padje zitten.
De twee amfibieën hupten samen naar de plek waar het paadje een ander paadje kruiste zodat ik nu twee padden en twee paden zag. Ik raakte er een beetje van het padje van.
Thuisgekomen vloog ik op de buil Senseo aan. Ik word altijd relaxed van koffie. Behalve vandaag omdat het tot me doordrong dat het meervoud van de pad die ik nu in mijn handen had pads was.