Meten met één maat

Sinds kort zit ik aan de e-sigaret. In plaats van ouderwets te roken, damp ik met toenemend plezier dat het een lieve lust is. Na veertig jaar lang teer, koolmonoxide, ammoniak, fosfor, lood en een hoop andere zooi naar binnen te hebben gezogen, ben ik daar eindelijk maar eens mee gestopt. Alleen de nicotine kan én wil ik nog niet missen.
Ik voel me nu al stukken energieker en hou aan het eind van de maand aardig wat geld over. Toch zie ik het helemaal verkeerd, is mij verteld. Ik moet tegen mezelf in bescherming genomen worden. In Den Haag en Brussel hebben ze dat gelukkig bijtijds in de smiezen gehad. Daar komen ze – de hemel zij geprezen – voor me op en gaan zorgen dat ik tot bezinning kom voor het te laat is.

Dat de e-sigaret aan banden gelegd moet worden, is namelijk niet meer dan logisch volgens de Nederlandse en Europese politici die het welbevinden van de burgers hoog in het vaandel hebben. Het zou namelijk best wel eens kunnen, zo menen zij stellig, dat er heel misschien in de toekomst iets bij het dampen gevonden wordt dat minder gezond is dan het eten van een goudreinet, een stoofpeer of een bakbanaan. De dampers lopen dus gigantische risico’s. Véél meer dan straffe rokers, notoire drinkers en geoefende druggebruikers. De dampers dienen tegen zichzelf in bescherming genomen te worden, is het credo.

Tot voor kort dacht ik dat iedereen met een beetje gezond verstand er verstandig aan deed om over te stappen van het roken naar het dampen. Helemaal fout gezien van me. Er zijn schrikbarende gevaren aan die overstap verbonden. Als de politici dat van de daken schreeuwen, moet het waar zijn.
Dus is er zonder enige terughoudendheid een pakket maatregelen uit de hoge hoed getoverd die de onverstandige dampers met gezwinde spoed weer aan het roken zal helpen.
Dat de staat vanwege het toenemende gedamp gigantische bedragen aan accijnzen mis gaat lopen, is totaal geen punt van overweging geweest. Ook dat diezelfde staat bij een positieve benadering van het dampen knallende ruzie zou krijgen met de tabaks- en farmaceutische industrie, die hun gouden handeltjes niet graag zien verdampen, heeft niet bij de besluitvorming meegespeeld.

Ik moet zeggen dat er magnifieke vondsten in de regelgeving zitten. De meest geniale paragraaf is in mijn ogen toch wel die waarin opgenomen is dat er geen flesjes meer verkocht mogen worden die meer dan tien milliliter vloeistof bevatten. Diegene die dat bedacht heeft, mag van mij de Nobelprijs voor de scheikunde krijgen met als bonus een enorm standbeeld in een EU-land naar keuze.
Ik kocht flesjes van dertig milliliter. Nu moet ik er voortaan drie van tien milliliter bestellen. Dat geeft drie keer zo veel plastic, die keer zo veel etiketten en drie keer zo veel werk. Een superieur bedenksel! Chapeau! Applaus!
Dat zal ons dampers en die verkopers van het goedje leren. Hup, fluks iedereen weer aan de tabak!

Nu heb ik toevallig een paar rokers, enkele dampers en wat mensen die noch roken noch dampen in zo’n klein handig adressenboekje staan. Ik heb ze alle drieëntachtig gebeld en ze een simpele vraag voorgelegd: “wat vind je van de maatregel dat er alleen nog flesjes liquid van maximaal tien milliliter verkocht mogen worden?”
Twee personen hadden zich er niet in verdiept en lieten weten dat het ze een zorg was. Tachtig respondenten gaven te kennen dat ze de maatregel absurd, onbegrijpelijk en totaal van de pot gerukt vonden. Eén geënquêteerde, die toevallig in de politiek zit, vond de maatregel weloverwogen en goed doordacht.

16 gedachten over “Meten met één maat”

  1. Ze zullen wel meer geld verdienen aan die kleine verpakkingen. Belachelijk. En tegelijkertijd alle accijnzen omhoog gooien omdat ze actief moeten zijn voor een beter milieu. Veel hypocrieter kan het niet meer in Nederland :-s Echt, ik denk dat dit vooral een geldkwestie is. Groetjes, enne, gewoon blijven dampen hoor. Ik ben trots op je dat je nog steeds van de echte sigaretten af bent. Laat je niet kisten door de overheid 😉

Reacties zijn gesloten.