Door mijn niet al te florissante geestesgesteldheid van het laatste jaar was mijn leesleven dramatisch te noemen. Met een paar dunne boekjes en wat jeugdboeken probeerde ik er de schwung een beetje in te houden. Het ging moeizamer dan moeizaam. Als ik weer eens een roman of thriller ter hand nam, verdween die elke keer vrij rap op de stapel ‘ik doe mijn best, maar het lukt niet’. Tijdens het vallen van wat sneeuwvlokken op de gure tweede paasdag was er dan eindelijk de leesoverwinning. Met dank aan Het aandenken van Tess Gerritsen.
Tess Gerritsen – de Chinees-Amerikaanse schrijfster met die Nederlandse achternaam – gaf haar baan als interniste op om boeken te gaan schrijven. Ik las een flink aantal jaren geleden al enkele thrillers van haar rondom Jane Rizzoli en Maura Isles. Het aandenken stond nog ergens in mijn boekenkast. Ik hou niet van opgeven. Ik moest weer een poging wagen. Voor de zoveelste keer.
Gerritsen heeft een geweldige manier van schrijven en haar plots zijn onovertroffen. Toch wilde het in eerste instantie ook met Het aandenken weer niet lukken. Wegleggen na een hoofdstuk en het een weekje later maar weer proberen. Nog een hoofdstuk lezen om er weer een hele tijd overheen te laten gaan. Het lag niet aan Tess Gerritsen. Het lag aan mij. En toen gebeurde er iets waar ik al meer dan een jaar op hoopte.
In een museum in Boston ontdekt de staf bij toeval in de kelder een mummie uit het oude Egypte die al snel Madame X wordt gedoopt. Patholoog-anatoom Maura Isles mag gaan uitzoeken hoe oud die uitstekend geconserveerde mummie is. Het is een schok als Isles ontdekt dat het lichaam van recente datum is. Rechercheur Jane Rizzoli mag de puzzel ontrafelen. Er volgen meer doden. Er is een psychopaat aan het werk die het Rizzoli en Isles huiveringwekkend lastig maakt. De verhaallijn is weer ijzersterk. Het duurde zoals gezegd even voordat Tess Gerritsen me het boek insleurde, maar toen het eenmaal zover was, kon ik met geen mogelijkheid meer stoppen. Wat een heerlijke schrijfstijl, wat een geweldig intrige en wat een spannende ontknoping.
De wind gierde op tweede paasdag rond het huis. Er viel sneeuw en het was koud. De verwarming loeide en ik zat op de bank. Ik sloeg het boek dicht. In twee dagen tijd had ik bijna tweehonderd bladzijden gelezen. Het was mijn mooiste Pasen sinds jaren.
Het zal misschien nog een tijdje duren voordat ik weer helemaal super in mijn vel zit, maar ik voel dat het goed gaat komen. Ik lees weer. En hoe. Alleluja.
Toen ik Het aandenken weer in mijn boekenkast met thrillers zette, schoten er wat regels van dat kinderliedje door mijn hoofd.
’t Is Pasen, zei de wind
en blies de wolken op de vlucht,
en het zonnetje dat scheen
dwars door alle nevels heen.
De bloemen staken overal
hun kopjes in de lucht.
Alle dingen werden blij
want de droefheid ging voorbij.
’t Is Pasen, Alleluja.