Ik keek tot voor anderhalf jaar geleden buitensporig vaak onder mijn schoenen. Het was broodnodig al dat gestaar naar mijn zolen. Vaker dan me lief was, stond ik in de, soms nog dampende, uitwerpselen van honden. Er wonen in onze buurt een paar viezeriken die overal en altijd ongegeneerd drek van hun hond laten liggen. Fris en fruitig is anders. Toen Elyn – onze Schotse Collie – kwam te overlijden, hoefde ik niet meer naar het park, niet meer over de groenstrook in onze straat te banjeren en geen naburige veldjes meer te doorkruisen. Het kijken naar de schoenzolen kon voortaan achterwege blijven.
Als je honden prachtbeesten vindt en er geen eigen viervoeter meer in huis rondloopt dan sluipt het er langzaam in. Om te beginnen was het een uurtje, toen werd het een weekend en al snel ging het om een week. Er kwamen meer honden aankloppen en ze kwamen ook vaker. We bombardeerden ons huis tot gratis hondenopvangcentrum. Gezelligheid troef zullen we maar zeggen. Je komt zelf ook weer eens buiten en ziet links en rechts wat nieuwe buren.
Guusje is nu een record aan het breken. Hij logeert vier hele weken bij ons. Dat is best een tijd, maar met Guusje vliegt die om. Guusje is een leeuwhondje. Ik heb de Lion King als tekenfilm en als musical gezien. Ook kom ik wel eens in een dierentuin. Mijn kennis der leeuwen mag dus bovengemiddeld genoemd worden. Vandaar dat ik werkelijk niet snap wat Guusje met een leeuw van doen heeft. De naamgevers hadden het leeuwhondje net zo goed pedaalemmer-, wasknijper- of bloemkoolhondje kunnen noemen.
Met Guusje is, behalve met die rasbenamning, weinig mis. Aanhankelijk, gezellig en een goede eter. Het enthousiaste geplas tegen elke boom en grassprietje is wel een minpuntje. Zijn rechter achterpoot zwiert extreem vaak opzij. Elk halve milliliter urine moet er uitgeperst worden. Klaar is klaar zou ik zeggen. Maar wie ben ik om te oordelen? Ik ga als man soms zitten als ik plas en dat zal een reu wel weer raar vinden.
Guusje moest nodig poepen. Ik kreeg het bergje afval na de daad met gemak in het hondenpoepbuiltje getjoept, liep met gezwinde pas naar de dichtstbijzijnde afvalbak en zwierde het zakje met inhoud er behendig in. Thuisgekomen van de wandeling bleek hoe jammer het was dat ik het controleren van mijn schoeisel was afgeleerd. Aan mijn neus mankeerde bar weinig. De zolen van mijn schoenen hebben héél diepe profielen en daar past veel tussen. Ik gooide er een ferme vloek tegenaan. Ik weet dat het niet netjes van me is maar het ‘stelletje gore viespeuken’ was eruit voor ik er erg in had. Met die spontane kwalificatie bedoelde ik niet de honden uit de buurt.
Je hebt je nog netjes uitgesproken hoor… 😉
Nu ben ik van nature ook wel tamelijk netjes. Dat scheelt natuurlijk een slok op de borrel.
Het is duidelijk dat je houdt van honden, mooi, je beleeft veel plezier aan ze.De lezer ook. 😉
Hondenpoep is een ramp maar je kunt niet meer doen dan de dieren op heterdaad betrappen en de eigenaren aanspreken.
Ze zijn niet alleen viespeuken, ook nog ongemanierd en lui.
Je weet niet wat ze bezielt. te veel werk? Te lui? Geen zin? Neem dan geen hond zou ik zeggen.
Handhaving voor hondenoverlast ben ik nog nooit tegen gekomen.
Wel weet ik dat grasmaaiers hun machine vaak strontmolen noemen.
Geniet vooral van de Leeuw in jullie huis.
En blijf deze vermakelijke stukjes schrijven …
Diervriendelijke groet,
Ik heb hier in het dorp in al die jaren zegge en schrijven één keer een boa een bekeuring zien uitschrijven. Dat was voor loslopen. Voor de poep halen ze denk ik hun neus op.
Hier staat er een boete op. Het is nog maar een keer in de zoveel tijd, dat er iets ligt en dan kost het je absoluut geen moeite om er niet in te trappen. Het valt gewoon op. De viespeuken in hun portemonnee getroffen. Dat blijkt een probaat middel. 😉
Ik heb niet het idee dat hier enige controle plaatsvindt. Het zou natuurlijk best kunnen, maar dan houden ze het keurig verborgen.