De gespleten uil

Zijn lijf is van kruin tot poot gespleten. De natuur heeft zijn eigen wetten. Ook als je een geweldig fraaie uil van hout bent, ontkom je er niet aan. Je splijt op een dag gewoon open. De uil is prachtig uit een stam gehakt. Jarenlang stond hij ongeschonden langs het wandelpad. Het moet met een bijna onzichtbaar scheurtje zijn begonnen. Een scheurtje dat, naarmate de seizoenen elkaar afwisselden, steeds iets groter werd.

Dan komt de dag dat het opvalt. ‘Hé, de uil heeft een scheurtje’, zeg je en je wandelt verder. ‘Het is al best een grote scheur’, verkondig je een half jaar later. En dan ineens is de uil ram doormidden. Zomaar op een mooie dag in september. Helemaal gespleten. Van boven tot onder.

Niets blijft eeuwig zoals het is. Alles is vergankelijk. In Japan noemen ze het Wabi Sabi: de schoonheid van imperfectie. Ik wil te vaak dat alles perfect is in het leven. Ik kijk naar de indrukwekkende uil en snap wat hij me duidelijk wil maken. Het is een wijze uil en hij is nog nooit zo mooi geweest.

12 gedachten over “De gespleten uil”

Reacties zijn gesloten.