Het is een heel gepuzzel als je aan het puzzelen slaat met een legpuzzel. In tegenstelling tot mijn vrouw heb ik met zo’n vrijetijdsbesteding geen enkele affiniteit. Het gedoe met die honderden kleine rotstukjes, die na weken ploeteren één geheel moeten vormen, is aan mij absoluut niet besteed.
Toen ik maanden geleden een fraai boek van mijn familie cadeau kreeg, werd mijn vrouw ook aangenaam verrast. Ze ontving een door kunstmatige intelligentie samengestelde legpuzzel waarvan haar onbekend was wat het eindresultaat moest worden. Het gepuzzel zou zo een nog grotere uitdaging zijn. Mijn vrouw had er enorm veel zin in. Toch hoorde ik haar in de loop van de weken regelmatig zuchten en kreunen. Het bleek ook voor een doorgewinterde legpuzzelaarster gepuzzel te zijn om wanhopig van te worden.
Het moet gezegd dat mijn vrouw, in tegenstelling tot mezelf, een doorzetter is. Ze begon er zachtjesaan lol in te krijgen. Vooral toen de contouren zichtbaar werden. In de verte een vuurtoren en de zee en op de voorgrond een hond met puppy’s. Het thema werd nu duidelijk: Texel en de Schotse collie.
Yessie, onze heerlijke viervoeter die de drie levensjaren alweer voorbij is geroetsjt, kwam tijdens dat gepuzzel steeds vaker gezellig aan haar voeten liggen.
‘Verdorie nog aan toe, ik mis er een paar’, hoorde ik mijn vrouw op die bewuste zaterdag tegen half twee in de middag verbaal mijn kant op slingeren.
‘Wát mis je dan?’, vroeg ik opkijkend van mijn boek. ‘Goudstaven, eieren of misschien iets belangrijks waar ik voor gestoord moet worden?’
‘Puzzelstukjes’, bitste ze me toe.
Het bleken bij nadere inspectie maar drie stukjes te zijn. Dat leek me best acceptabel voor het totaalbeeld van het schattige tafereel, maar mijn vrouw dacht daar heel anders over. We kropen acht minuten over de vloer, omdat er wel eens eerder een stukje van de tafel gekukeld was. We vonden alleen een oorbel die niet van mij was, een boekenlegger die wel van mij was en een uitgedroogde vlieg die het loodje had gelegd.
Vanwege mijn opmerking kreeg ik lik op stuk. Als de stofzuiger vanuit de kelderkast naar de huiskamer wordt verhuisd, weet ik genoeg. Ik doe dat stofzuigen altijd met tegenzin, maar wel op zo’n manier dat het er op het oog vakkundig uitziet. Toen ik bij de hondenmand was aanbeland, die ik stiekem al een paar weken had overslagen, kwam Yessie naast me staan en drukte haar lange snuit een paar keer enthousiast tegen de rand. Ik tilde het dekentje op dat in de mand ligt en zag ze direct liggen: de drie puzzelstukjes.
We hebben een slimme hond met een paar niet alledaagse gewoontes. Ze doet wat dat betreft maar bar weinig voor me onder.