Dierbare boeken

Er kan écht geen boek meer bij. En toch schiet ik op gezette tijden nog steeds door mijn kooprem. Ik ben namelijk verslaafd. En niet zo’n klein beetje ook. Als ik iemand op twintig meter afstand hoor fluisteren dat die een geweldig boek aan het lezen is en ik de titel per ongeluk opvang, vlieg ik meteen naar boekhandel. Ook als ik eigenlijk voor een halfje bruin de deur was uitgegaan.
Ik sta in mijn eigen biebje op de bovenverdieping en duw, trek en sjor. Met wat extra krachtsinspanning past er nog precies een boek op die ene plank. Als ik de Harry Potters met een bankschroef eens wat dunner maak dan creëer ik weer wat ruimte. Misschien kan ik de drieëndertig boeken van Hella Haasse op elkaar stapelen in plaats van ze naast elkaar zetten. Al mijn creativiteit moet ik aanwenden om het geen zootje te laten worden in die bibliotheek van me.
“Van wie heb ik al dat gelees toch?”, vroeg ik me wat droevig af. Mijn ouders hadden daarvoor geen tijd. Er diende hard gewerkt te worden en er moesten ook drie eigenzinnige koters in het gareel gehouden worden. Toch had mijn vader het wel eens over boeken. “Ik zou willen dat ik wat meer kans zag om te lezen”, verzuchtte hij dan. Maar ik zag hem nooit met een boek in de hand. Ik nam aan dat hij de tijd daarvoor niet nam.

Dierbaar

Het ouderlijk huis moest leeg. Op de zolder kwam het verleden uit alle hoeken en gaten tevoorschijn: brieven, krantenknipsels, feestgidsen, een schaakspel, een sjoelbak. Ineens stond ik oog in oog met een klein stapeltje boeken. Ik was verrast. Ik deed mijn ogen dicht en zag mijn vader ze lezen. Toen hij jong was. Toen hij de tijd wel had. Toen ik zelf nog niet meer dan een vage kinderwens moest zijn geweest. Ik nam de boeken mee.
De mijn van Emile Zola, Anna Karenina van Leo Tolstoj en de Decamerone van Giovanni Boccaccio.
De boeken staan nu al weer bijna zeven jaar in mijn biebje. Ik heb er toen plaats voor kunnen maken. Natuurlijk heb ik dat. Schuiven, passen en meten. Zoals ik al die jaren daarna bleef doen.
Ik ben verslaafd. Aan boeken kopen en aan boeken lezen. Ik houd van mijn boeken. Als ik ooit mijn huis moet verlaten om de rest van mijn dagen elders te slijten dan hoop ik maar dat ik de tegenwoordigheid van geest bezit om stiekem drie boeken mee te nemen. De boeken van mijn vader.

11 gedachten over “Dierbare boeken”

  1. Ik zou het liefst een groot landhuis bezitten met een echte, van vloer tot plafond reikende, bibliotheek. Dan zou ik minstens, in goede gezondheid, 150 jaar oud willen worden om mij door al dat heerlijks heen te kunnen lezen. (met 60 tot 70 boeken per jaar heb ik die tijd wel nodig) Wie weet, als ik ooit loterijmiljoenen win, kan ik de droom van het landhuis met bibliotheek verwezelijken en, omdat ik dan niet meer hoef te werken, kan ik in ieder geval veel lezen. 🙂 Boeken kopen doe ik nu wel minder maar ons huis is al goed gevuld.

Reacties zijn gesloten.