Zoals de meeste Nederlanders met een baan hoef ook ik in de zomer een week of drie geen arbeid te verrichten. Op de eerste dag dat mijn fiets in de schuur mocht blijven, begon de temperatuur in een akelig tempo op te lopen. Hoewel er geen wolkje meer te bekennen was, zag ik de bui al hangen. De hitte ging meedogenloos worden en ik hield mijn hart vast. Geheel terecht zou blijken.
Mijn shirtje plakte op zaterdag al aan mijn lijf. De zon begon het land te geselen. Twee weken lang had ik werkelijk geen puf om wat voor actie dan ook te ondernemen. Net toen ik overwoog om mijn spijkerbroek toch maar te verruilen voor iets luchtigers was het plotsklaps gedaan met de verzengende hitte. Pats, boem, precies op de dag dat we onze auto vol aan het laden waren met koffers. Ons weekje Texel stond op het punt van beginnen. Een halve dag later zat ik met een onderhemd, een dik overhemd, een trui van schapenwol en een regenjack buiten in een leunstoel bibberend te ontkennen dat de zomer het voor gezien had gehouden.
Bar weinig mensen waren dit jaar naar Spanje, Italië, Frankrijk of Noord-Korea afgereisd. Corona had pijnlijk roet in het eten gegooid. Texel zat tot de nok toe gevuld met vakantiegangers die anders het vliegtuig hadden gepakt. Je kon op het eiland werkelijk geen fatsoenlijke kant uit. Zonder reserveren een restaurant binnen lopen, was onmogelijk. De winkeltjes in de dorpen puilden van voor tot achter uit. Bij de supermarkten hingen de mensen met de benen buiten.
Om het feest compleet te maken, kwam storm Francis ook op bezoek. Weliswaar aangekondigd, maar voor mij had ze weg mogen blijven. Francis bleef meer dan een etmaal tekeergaan boven het eiland. Het strand lag op een half uurtje lopen van ons gehuurde huisje. Als ik er vlug heen had gewild, had ik alleen maar in de tuin hoeven te gaan staan. Met bijna windkracht 10 vloog ik er binnen een halve minuut naartoe schatte ik in.
We hebben de tweehonderdvijftig kilometer naar huis net achter de rug en ik mag over een paar dagen weer aan het werk. Noeste arbeid lijkt me ineens heerlijk relaxed na twee tropische weken en één van wind, regen en kou. Je hebt van die jaren dat vakantievieren behoorlijk aanpoten is. Ik wil niet zeggen dat ik er een wrak van ben geworden, maar fris, fruitig en uitgerust zie ik er toch niet uit als ik mijn spiegelbeeld mag geloven.
Lekker uitrusten op kantoor, succes! 🙂
Dat ben ik hard van plan.
Je had op z’n minst kunnen vragen aan dat kleine serpent Francis of ze je muizenissen weg kon blazen. Ik vind dat je dat op z’n minst verdiend heb. <3 Wel thuis! 😉
Francis heeft d’r best gedaan. Voor een deel heeft ze het ook wel voor elkaar gekregen.
Daar hoopte ik al op. 😉
twee mooie zinnen, die waar Noord-Korea in stond, en “je kon op het eiland geen fatsoenijke kant uit”
Die laatste zin was niet geheel waarheidsgetrouw eerlijk gezegd. Laat op de avond ver op het strand kwam je soms niemand tegen. Restaurants en winkels zijn populairder waarschijnlijk.
En maar klagen dat we naar het buitenland op vakantie moeten, want ik wil wel zon tijdens de vakantie.Na twee-en-een-halve week hittegolf droomde ik van IJsland. \Je verhaal is zeer herkenbaar.
IJsland is misschien helemaal zo’n slechte optie nog niet. Het is helaas voor mij iets te ver zwemmen. Vliegen vertik ik.
Roeien ?